Hanneke
van Veen

Even voorstellen...

Meer weten over sparen?

Op basis van dit weblog verscheen een boek:
Het kan alleen maar beter worden & andere opbeurende verhalen
Via deze website te bestellen, zonder verzendkosten.
KLIK HIER

Archief 2005, week 6

9 februari 2005
Oliebonbon

Een spannend boek hebben dat ergens op me ligt te wachten, vind ik prettig. Zodra er even tijd is pak ik het op om erin te duiken en de rest te vergeten. Een keer overkwam het me in de tram, op weg naar huis, dat ik vergat uit te stappen en het pas een aantal haltes verder merkte. Toch gaan er ook dagen of weken voorbij dat ik niet echt gegrepen ben door een boek. Dan kom ik overigens niet veel te kort, want mijn echtgenoot leest veel en vlug (op dit moment wel zes boeken tegelijk) en houdt me op de hoogte van de meest opzienbarende zaken.

Op dit moment leest hij van alles en nog wat over het heelal, het ontstaan van de aarde, de Big Bang (en ervóór, niet te vergeten), de relativiteitstheorie, atomen, het uitsterven van soorten op aarde, maar ook over de Middeleeuwen, het atheïsme, een roman van Theun de Vries en nog een roman van een jonge Marokkaanse vrouw over het leven in een buitenwijk van Parijs. Wat ik zoal te verwerken krijg als ik naast hem in bed lig te lezen of te puzzelen is niet mis. Vaak krijg ik de informatie toegediend nadat er eerst een vraag is gesteld waar ik antwoord op moet geven. Een paar voorbeelden:

Weet je hoeveel soorten dieren, planten, insecten e.d. er sinds het ontstaan van de aarde al zijn uitgestorven en welk percentage er nu nog van over is? Nee, toevallig is me dat net even ontschoten. Dus ik kijk betrapt en dom, maar toch ook belangstellend en leergierig (heel erg moeilijk, probeer het maar eens). Nee, geen idee, komt er uit mijn mond. Rob kijkt triomfantelijk en vertelt dat 99,9% van alle soorten inmiddels het loodje heeft gelegd en dat dus slechts 0,1% over is gebleven. Ik ben helemaal perplex en blijf diep onder de indruk en sprakeloos achter. Ook de dagen erna moet ik er nog vaak aan denken. Dat uitsterven heeft dus plaatsgevonden toen er nog geen mensen waren die daar schuld aan hadden.

Nog een voorbeeld: Weet je hoe dik de laag zout is als we al het zout uit de zeeën gelijkmatig over het land zouden verspreiden? Ook dat weet ik niet, zeker niet opgelet op school. Dit keer doe ik een gok: twee centimeter misschien? Mijn partner kijkt me triomfantelijk aan. Ik zit er helemaal naast. Mijn antwoord komt zelfs in de verste verte niet in de goede richting. Weer een schokkend bericht:  150 meter! Stel je dat eens voor. En ik maar zuinig met zout doen.

Nog zo iets: Uit hoeveel lucht bestaat een mens? Ik herinner me dat een mens voor het allergrootste deel uit water bestaat, maar dat is de vraag niet. Toch maak ik me niet druk. Ik antwoord heel luchtig, dat ik geen idee heb. Dit keer vergt zijn verhaal wel enige uitleg. De mens bestaat voor 99,9999.. % uit lucht. Onbegrijpelijk. Het komt omdat de atomen waar we uit bestaan hoofdzakelijk uit lucht bestaan. Dat moet men zich zo voorstellen. In een atoom zit een kern waar elektronen omheen cirkelen. De afstand tussen die kern en de elektronen is groot; te vergelijken met de afstand tussen een vlieg (de kern) die midden in een grote kathedraal zit (de elektronen tegen de wanden). En daar tussen zit helemaal niets. Nu ben ik toch werkelijk onder de indruk.

Maar dan maakt hij het echt te gortig. Vlak voor het slapen (we liggen al in bed) moet ik raden hoeveel bedmijten er gemiddeld in een matras zitten. Dat zijn er maar liefst twee miljoen (voor een éénpersoonsmatras dan). Bah, wat een ontzettend vervelend idee. Ik kijk blijkbaar erg vies en dat was waarschijnlijk de bedoeling. Vol leedvermaak word ik vervolgens op de hoogte gesteld van het aantal mijten in mijn hoofdkussen: slechts 40.000. Een sloop wassen met een programma van 40 graden helpt niets; je krijgt er alleen schoongewassen springlevende mijten door. Een extra sloop om je kussen doen heeft ook geen effect, want de mijten gebruiken de piepkleine gaatjes in het weefsel als

trappetje, op weg naar je hoofd, want daar gaat het ze om. Hoe bedoel je, vraag ik lichtelijk onpasselijk. Die mijten zijn gek op menselijke hoofden, voor hen zijn dat heerlijke olieachtige bonbons. Die nacht slaap ik slecht, ik denk telkens mijten te horen en te voelen kruipen en knagen. De volgende ochtend kondig ik een informatieverbod af. Voorlopig weet ik meer dan genoeg!