Hanneke
van Veen

Even voorstellen...

Meer weten over sparen?

Op basis van dit weblog verscheen een boek:
Het kan alleen maar beter worden & andere opbeurende verhalen
Via deze website te bestellen, zonder verzendkosten.
KLIK HIER

Archief 2005, week 22

3 juni 2005
Struinen in Haagse tuinen

Dit weekend (4 en 5 juni) doen we weer mee met het Haagse tuinenweekend.
Enthousiaste tuinbezitters openen hun hekken voor het publiek. Er doen dit jaar maar liefst 18 tuinen mee (waaronder 7 nieuwe). De tuinen lopen zeer uiteen, zowel in stijl als afmeting. Eeuwenoude bomen, strak design, sfeervolle hoekjes, weelderige begroeiing en minimalisme wisselen elkaar af. Je komt het allemaal tegen in tuinen die variëren van 50 tot 1.500 vierkante meter.
Meer weten: www.struineninhaagsetuinen.nl

3 juni 2005

Verslavingszorg (6)
Urinecontrole

Om vijf uur verlieten alle collegas het gebouw. Ik zou als enige blijven omdat er s avonds een oudergroep bijeen kwam en ik degene was die deze groep begeleidde. Normaal gesproken voelde ik me vrij veilig tussen alle ex-drugsverslaafden, want er werd gewerkt met een systeem waarbij er uit hun midden een aantal coördinatoren werd aangewezen, volgens een goed functionerend en streng hiërarchisch systeem. Op hen kon ik in noodgevallen altijd terugvallen; zij wisten vaak meer van de hele gang van zaken dan ik, omdat ze al lange tijd opgenomen waren en ik hier nog maar kort werkte.

Toch zat ik die avond behoorlijk in mijn piepzak, want voordat mijn collegas naar huis vertrokken was me verteld dat ik die avond iemand op straat moest zetten omdat de uitslag van zijn urinecontrole positief was geweest. Op grond van ernstige verdenking van druggebruik was hij die ochtend (weliswaar onder hevige protesten) ook al uit het pand verwijderd. Nu had de positieve uitslag van het detoxificatiecentrum het vermoeden van druggebruik bevestigd en was zijn aanwezigheid niet langer gewenst.

De man, een kerel van bijna twee meter, met een flinke reputatie als het ging om crimineel gedrag en geweldpleging, had die morgen in alle toonaarden ontkend iets verbodens tot zich genomen te hebben. In zijn verontwaardiging had hij niet mis te verstane bedreigingen geuit aan het adres van het hele team. Mijn collegas reageerden daar vrij laconiek op, maar ik, als nieuwkomer deed het bijna in mn broek.
En nu moest ik hem uitgerekend deze vervelende uitslag meedelen. Wel hadden mijn collegas me aangeraden het hem te vertellen in het bijzijn van alle bewoners, tijdens een zogenaamde general meeting, een huiskamerbijeenkomst die altijd volgens een bepaald vastgesteld patroon verliep. Er was mij ook – en passant - verteld dat het in theorie mogelijk was dat een uitslag van een urinecontrole fout kon zijn. Maar dat kwam zelden of nooit voor. Trouwens, had men er nog geruststellend aan toe gevoegd, de verdachte gaf bij een positieve uitslag bijna altijd toe, dus ik hoefde nergens bang voor te zijn. En voor noodgevallen was er een zogenaamde achterwacht, een ervaren collega die opgepiept kon worden.

Allemaal leuk en aardig, dacht ik bij mezelf, maar wat moet ik beginnen tegen zon mannetjesputter als hij blijft ontkennen of de pest in heeft omdat hij tegen de lamp is  gelopen? Dan had je pas echt de poppen aan het dansen. Het zou niet voor het eerst zijn dat er geweld tegen een staflid werd gebruikt of tegen medebewoners.
Het avondeten, dat door de ex-verslaafden dagelijks met redelijk resultaat werd klaargemaakt en dat ik samen met hen in de grote eetzaal nuttigde, smaakte die avond helemaal niet. Aan tafel was mijn luisterend oor dit keer totaal niet geïnteresseerd in hun verhalen, maar alleen gespitst op het geluid van de deurbel. Ook de anderen waren gespannen. Dat was te merken, ook al deden ze tegenover mij stoer. Ik voelde me tussen deze door de wol geverfde dames en heren maar een bibberend juffershondje in een kennel vol bloedhonden, waakhonden, bull terriërs en ander eng hondengespuis.

Opeens was het zover: er werd gebeld en het was inderdaad de verdachte. Razendsnel werd iedereen opgetrommeld voor de huiskamerbijeenkomst. Na de openingsceremonie was het mijn beurt. Met bonzend hart vertelde ik hem dat de uitslag van de controle positief was uitgevallen en dat de consequentie daarvan bekend was: onmiddellijk en zonder discussie het pand verlaten.
Eerst volkomen verbouwereerd, maar vlak daarna briesend van kwaadheid en naar adem happend stond de man tegenover mij en schreeuwde dat het absoluut onmogelijk was dat er een positieve uitslag was, want hij had niets, maar dan ook niets gebruikt. Hij liet zich door niemand de deur uitzetten, omdat hij volkomen onschuldig was. Daarbij sloeg hij een aantal keren keihard met zijn vuisten tegen een deur. Iedereen verstijfde en keek naar mij om te zien hoe ik hierop reageerde.
Het schoot door me heen dat terugschreeuwen de zaak alleen maar gevaarlijker zou maken. Uiterlijk bleef ik dus vrij kalm en vroeg hem goed naar me te luisteren en me aan te kijken. Gelukkig drong dat bericht op de een of andere manier tot hem door. Het enige dat ik in mijn paniek had kunnen bedenken was hem zeggen dat hij en niemand anders wist wat er in werkelijkheid gebeurd was. En als hij, zoals hij stellig bleef volhouden, onschuldig was, dan zou dat uiteindelijk ook aangetoond worden door een nieuwe test bij een andere instelling met een beter werkend apparaat.

Het kalmeerde hem te horen dat het wel degelijk mogelijk was dat er ergens een fout kon zijn gemaakt, en dat ik hem ondanks alles het voordeel van de twijfel gunde. Hij moest zich dan wel zo snel mogelijk met het detoxificatiecentrum elders in de stad in verbinding stellen. Als de nieuwe urinetest uitwees dat hij onschuldig was, dan kon hij rekenen op volledige rehabilitatie. Mijn verhaal kwam blijkbaar geloofwaardig over. Hij zag in dat ik in de gegeven situatie moeilijk anders kon beslissen en tot grote opluchting van het hele gezelschap vertrok hij.

De volgende dag bleek inderdaad dat hij gelijk had. Als een held werd de verschoppeling door het team en de bewoners binnengehaald. Zijn kwaadheid en agressieve gedrag werden hem dit keer vergeven. Bovendien werd hij alom geprezen om het feit dat hij in deze moeilijke situatie (onterecht op straat gezet, zonder eten en geld) niet alsnog was gaan gebruiken. En ik had geleerd dat een ex-junk, met op alle fronten de schijn tegen, de waarheid kan spreken en  een apparaat (al staat het bekend als objectief en zeer goed werkend) een foute uitslag kan geven met mogelijk zeer ernstige gevolgen.