Hanneke
van Veen

Even voorstellen...

Meer weten over sparen?

Op basis van dit weblog verscheen een boek:
Het kan alleen maar beter worden & andere opbeurende verhalen
Via deze website te bestellen, zonder verzendkosten.
KLIK HIER

Archief 2005, week 1

6 januari 2005

Uitersten (2)

Je moet in de gespecialiseerde gezinszorg vooral flexibel zijn, steeds omschakelen. De een wil het zus, de ander zo. Die verschillen ondervind je direct aan den lijve zodra je ergens over de drempel stapt. De een biedt je vriendelijk iets te drinken aan nadat je bijna een half uur hebt moeten fietsen en verkleumd of nat binnenkomt en zegt: Fijn dat je er bent, ik heb je van alles te vertellen. En laat het huishouden maar, dat heb je vorige week nog gedaan.
Een ander somt terwijl je je jas nog aan hebt al een waslijst op met taken en taakjes die absoluut die keer gedaan moeten worden. Kortom, grote verschillen in wat er van je verwacht wordt en de opvattingen en behoeften van de cliënt.

Een tijd lang kom ik op dezelfde dag, vlak na elkaar, op twee adressen waar de verschillen wel erg extreem zijn. Bij de mijnheer op het eerste adres zijn de gordijnen ook overdag gesloten en de ramen zitten altijd potdicht. Het ruikt er naar slaap en ongewassen lijven en ik moet mezelf iedere keer weer overwinnen er naar binnen te gaan.
Op het tweede adres blinkt alles je tegemoet. De ramen en deuren staan tegen elkaar open, de wasmachine draait op volle toeren en het beddengoed hangt te luchten op het balkon. Twee huizen, het ene van een enigszins vies mannetje, het andere van een mevrouw helderder. En wat is nu erger?.

Zo schuifelt het kleine vriendelijke dikke heertje, als ik daar ben ,om de zoveel tijd naar de keuken. Daar opent hij de groene gft bak, buigt zich voorover, haalt zijn neus eens flink op en spuugt er dan vol overtuiging en met veel misbaar een rochel in. Dan keert hij zich om, ondertussen zijn neus en mond afvegend aan de mouw van zijn trui. En dat is niet alles. Hij is gewend om, als hij iets eet, van alles zomaar de kamer in te

spugen. Dat doet hij bijvoorbeeld als hij steentjes of pitjes aantreft in de krentenbollen, maar ook als hij tijdens het eten andere harde stukje tegenkomt die hem niet bevallen. Bij het stofzuigen veroorzaken die tezamen een vrolijk getik. Hem hierop aanspreken? Wie ben ik? Mijnheer heeft een groot deel van zijn leven in een oerwoudachtig gebied gewoond in onvoorstelbaar primitieve omstandigheden. Misschien wil hij zich tijdens mijn aanwezigheid enigszins aanpassen, maar zodra ik vertrokken ben heeft hij daar toch maling aan, daar ben ik van overtuigd. Ik besluit het maar voor lief te nemen.

En dan de dame die geen vuiltje of stofje kan verdragen. Is het bij zo iemand aangenamer? Een collega vertelt me van een gezin waar de afwas eerst onder de kraan wordt afgespoeld en dan afgewassen in een sopje. Daarna gaat elk stuk serviesgoed of bestek in een teil met een bleekwateroplossing en daarna wordt het opnieuw afgespoeld. Een typisch geval van smetvrees. Zo erg is het op mijn adres gelukkig niet. Toch doet deze mevrouw een ernstig beroep op mijn incasseringsvermogen met haar verzoek twee keer per week het hele huis grondig (overal achter en tussen) te zuigen op een manier die een ander reserveert voor de jaarlijkse grote schoonmaak. En op het moment dat ik hoor dat mevrouw (ziek en wel) op alle dagen dat ik er niet ben ook nog even alles zuigt (volgens eigen zeggen weliswaar met de franse slag), knapt er bijna iets.

Toch heb ik mezelf vermanend toegesproken: Hanneke, deze mevrouw wil dat nu eenmaal, zij heeft andere opvattingen over huishouden, doe niet zo moeilijk, zet je er over heen. Dat hielp een week of wat. Maar bij het afstoffen (ook twee keer per week) wijst ze me op een ernstige omissie. Ik heb weliswaar mijn best gedaan, maar over het tv meubel is ze niet tevreden. Stom verbaasd vraag ik wat er scheelt. Mevrouw pakt de stofdoek en laat het me zien: ik heb verzuimd omhoog af te stoffen… Weer slik ik maar eens flink, de klant is koning niet waar.

Mijn hele leven heb ik zelfs niet geweten dat zo iets dergelijks bestaat: OMHOOG afstoffen. Hoe verzin je het? Mijn eigen huis heeft tot dat moment bestaan uit richeltjes en plinten en horizontale oppervlakken die je zo nu en dan met een stofdoek bewerkt. En nu komen daar opeens allemaal rechtopstaande vlakken bij die ook behandeld dienen te worden. Wat een ellende.

Toch was het op dit adres op den duur, en ondanks alle goede bedoelingen en grote inzet, niet vol te houden. Dat moment brak aan toen mevrouw mij trots vertelde dat ze (met korte tussenpozen om uit te rusten) wel VIER uur bezig is geweest het toilet een grote beurt te geven, terwijl ik dat twee dagen daarvoor nog uitputtend had gedaan. Op dat moment heb ik gezegd dat het tussen ons echt nooit iets zou kunnen worden en geadviseerd voor mij in de plaats iemand anders te zoeken.