Onze eerste kennismaking met dat verkeer was vanuit de veilige beschutting van een bus. Toch was het overweldigend. We reden door HCMC, Ho Chi Minh City, het voormalige Saigon, en zagen die onophoudende stroom van duizenden en duizenden brommertjes, met daartussen af en toe een auto, bus of vrachtwagen. In HCMC wonen 7 miljoen mensen met - geloof ik - 3 miljoen brommertjes en ze lijken allemaal altijd op weg te zijn naar elkaar, één krioelende massa.
Een paar uur later sta je dan met zn tweetjes aan de rand van het trottoir van een brede avenue, en je wilt... oversteken. Maar de moed vergaat je; het blijft maar rijden, niet hard, wel met een constante snelheid, vlak achter en door elkaar. De Lonely Planet gids had ons wel een hart onder de riem gestoken. Je zou je er gewoon moeten instorten en vooral doorlopen. Niet twijfelen, gewoon in hetzelfde tempo doorgaan tot de overkant. Dat deden we, onzeker en ons hart vasthoudend. En inderdaad bereikten we de overkant zonder kleerscheuren.
Na een tijdje ben je eraan gewend en ontdek je dat je eigenlijk weinig kan overkomen. Sterker nog, dat je - bij wijze van spreken - je ogen dicht kan doen en gewoon naar de overkant lopen. Ik raad het niet aan, maar we ontdekten dat er toch wel iets speciaals aan de hand is in dat verkeer. Weggebruikers gaan anders met elkaar om dan in Nederland. Maar wat dat nu precies is? De foto geeft wel een aardige indruk van de interactie tussen voetgangers en het overige verkeer. De vrouw met de manden is gewoon de straat opgelopen en loopt in haar eigen tempo door tussen het drukke verkeer. De brommertjes houden even in, wijken wat uit of stoppen desnoods. Niemand toetert of reageert geïrriteerd, niemand lijkt überhaupt op of om te kijken; alles stroomt rustig door.
Pas in Nederland begon te dagen wat het verschil is. Hier ben je als weggebruiker vooral met jezelf bezig. Jij moet van A naar B en alles wat je in de tussentijd tegen- of ophoudt is vervelend. Iemand die zomaar de straat oploopt kan luid getoeter verwachten, een onverwachte manoeuvre met je fiets wordt direct afgestraft. Je moet hier echt ogen in je rug hebben en je precies aan de officiële regels houden, wil je overleven. En zelfs op een zebra moet je toch echt wachten tot er geen verkeer aankomt. Pas als je een eindje gevorderd bent op die zebra, kan je er min of meer van uitgaan dat autos of brommers (nou ja, sommige dan) rekening met je zullen houden.
In Vietnam is dat echt anders. Iedereen lijkt er daar meer vanuit te gaan dat je niet alleen voor jezelf verantwoordelijk bent, maar ook voor de ander. Mensen hebben nu eenmaal geen ogen in hun rug. Loopt of rijdt er iemand voor je, die je niet kan zien, dan is het jouw verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat die ander niets overkomt. Je houdt dus in, wijkt uit of stopt even. En je bent niet geïrriteerdt dat die ander zomaar de straat overloopt, je gaat ervan uit dat die ander er wel een goede reden voor zal hebben, en daar ga je dan ook met respect mee om. Het is echt heel wonderlijk, want zoiets bestaat hier bijna niet meer.
Ik probeer nu in Nederland, meestal op de fiets, en soms met een auto, ook zo te rijden. Vroeger ergerde ik me nogal eens aan mensen die zomaar overstaken, of met hun fiets opeens links- of rechsaf sloegen. Ik riep in zon sitautie (meestal in mezelf): ALLEEN OP DE WERELD? Nu let ik goed op welke kant iemand op KAN gaan, ook al klopt het niet met de verkeersregels. Ik was al niet zon woesteling in het verkeer, maar het gaat nu allemaal nog wat rustiger, galanter mag ik wel zeggen. Nooit te oud om te leren, blijkt maar weer.
|